WAARAAN MOET EEN WEBSHOP IN ALCOHOLHOUDENDE DRANK VOLDOEN?
Bij verkoop van alcoholhoudende drank via een webwinkel zijn van belang de bepalingen aangaande:
- het gelegenheid bieden van het doen van bestellingen voor sterke en voor zwak alcoholhoudende drank
(Alcoholwet, art. 19) - het elektronisch vermogensrechtelijk rechtsverkeer
(Burgerlijk Wetboek Boek 3, Titel 1, Afd. 1A: art. 15a e.v.) - overeenkomsten tussen handelaren en consumenten
(Burgerlijk Wetboek Boek 6, Titel 5, Afd. 2b: art. 230g e.v.)
Artikel 19 van de Alcoholwet brengt met zich mee dat bij de verkoop van sterke drank aan particulieren via een webwinkel een slijterij in het verkoopkanaal opgenomen zal moeten zijn. Bij verkoop van zwak alcoholhoudende drank hoeft dat niet het geval te zijn.
Artikel 15d uit boek 3 van het Burgerlijk Wetboek luidt:
- 1.Degene die een dienst van de informatiemaatschappij verleent, maakt de volgende gegevens gemakkelijk, rechtstreeks en permanent toegankelijk voor degenen die gebruik maken van deze dienst, in het bijzonder om informatie te verkrijgen of toegankelijk te maken:
- d.voor zover een activiteit aan een vergunningsstelsel is onderworpen: de gegevens over de bevoegde toezichthoudende autoriteit;
Het slijtersbedrijf is onderworpen aan een vergunningsstelsel, hetgeen met zich meebrengt dat de gegevens over de bevoegde toezichthoudende autoriteit op de site vermeld dienen te worden, te weten van de burgemeester van de plaats waar het slijtersbedrijf wordt uitgeoefend.
Artikel 15f uit boek 3 van het Burgerlijk Wetboek luidt:
- 3. De controleurs van de Belastingdienst/Fiscale Inlichtingen- en Opsporingsdienst – Economische Controle Dienst (Belastingdienst/FIOD-ECD) worden aangewezen als ambtenaren, belast met de opsporing van overtredingen van de voorschriften gesteld bij de artikelen 15d en 15e lid 1.
Indien een site waar sterke wordt verkocht de gegevens over de burgemeester van de vestigingsplaats niet vermeld kan dus verbaliserend worden opgetreden.
Een slijtvergunning wil niet zeggen dat daar met zekerheid gebruik van gemaakt mag worden. Het vigerende bestemmingsplan kan detailhandel vanuit de op de vergunning vermelde inrichting verbieden.
Dat het runnen van een webwinkel als detailhandel kan worden aangemerkt blijkt onder meer uit een uitspraak van de Rechtbank ’s-Hertogenbosch van 27 december 2011. Deze uitspraak is op deze site gepubliceerd.
Naast de vereisten op basis van de Alcoholwet en het geldende bestemmingsplan dient de webwinkelier te voldoen aan de in het Burgerlijk Wetboek (BW) gestelde eisen. Met name van belang zijn de afdelingen die zien op elektronisch vermogensrechtelijk rechtsverkeer en overeenkomsten tussen handelaren en consumenten.
Voormelde bepalingen bevatten regels over bijvoorbeeld de informatieplicht. Als de consument iets koopt op afstand, moet de verkoper hem informeren over onder andere het product en de bedenktijd. Raadpleeg de wettekst voor de precieze verplichtingen.
Is de uitzondering van artikel 6:230h lid 2 onder k BW (rijdende supermarkten) van toepassing?
- Uit de Memorie van Toelichting:
Onderdeel k sluit overeenkomsten uit die zien op de levering van voedingsmiddelen bestemd voor dagelijkse consumptie en die fysiek door de handelaar bij de consument thuis respectievelijk bij zijn arbeidsplaats worden geleverd op basis van frequente rondes. Deze uitzondering betreft, met andere woorden, de rijdende supermarkt die etenswaren, wasmiddelen en andere zaken die op dagelijkse basis in het huishouden worden gebruikt, aanbiedt. Deze uitsluiting bestond overigens al in de richtlijn colportage uit 1985 en beoogt de regeldruk te beperken.
Artikel 1 lid 2 Alcoholwet bepaalt:
- Onder een inrichting wordt niet verstaan een vervoersmiddel voor het rondtrekkend uitoefenen van een bedrijf.
Artikel 7 lid 2 Alcoholwet luidt:
- Geen vergunning wordt verleend voor het uitoefenen van het horecabedrijf of slijtersbedrijf anders dan in een inrichting.
Voor een rijdende slijterij kan dus geen slijtvergunning worden verleend, zodat ook de uitzondering van artikel 6:230h lid 2 onder k BW niet van toepassing is.
Is de uitzondering van artikel 6:230h lid 2 onder a BW (transacties van minder dan € 50,-) van toepassing?
Voor transacties van € 50,- of minder is dat inderdaad het geval. Let wel, bij de toepassing van lid 2, onderdeel a, worden overeenkomsten buiten de verkoopruimte die gelijktijdig worden gesloten en aanverwante zaken of diensten betreffen in aanmerking genomen voor het aldaar genoemde drempelbedrag.
Download hier de Modelbrief webshops
Download hier de Modelbrief webshops bijlage